Het 2e kunstcafé van CrossArts draaide vooral om interactie en zelf doen. Tijdens Dwalen in het Groen beet projectleider Erica Jonkman de spits af; ze praatte iedereen bij over de laatste vorderingen van het doolhof. Dat was vrijdags ingezaaid. Als de natuur haar werk doet, zijn de planten die het doolhof vormen rond half augustus tussen de 2 en 4 meter hoog. “Het is geen akker, dus het moest een makkelijke groeiende plant zijn.” Vezelhennep was daarom het meest geschikt, maar het woordje ‘hennep’ zorgde aanvankelijk voor gefronste wenkbrauwen. Nadat duidelijk werd dat deze plant écht niet te roken is, kwam er ‘groen licht’ vanuit de gemeente. De vezelhennep is juist een milieuvriendelijke keuze: de plant neemt veel CO2 op, haalt afvalstoffen uit de bodem en is na het oogsten heel geschikt als ‘groen’ bouwmateriaal. Zo kan er touw en plaatmateriaal van worden gemaakt.
PHOTED Edwin Wiekens
Klimaatpsychologen Marion Smans en Yvette Stevens kregen het publiek enthousiast met elkaar aan de praat. “De natuur is meer dan alleen dat dunne schilletje dat we zien”, zei Marion. Het heeft een dubbele waarde: instrumenteel en intrinsiek. De waarde van natuur op zich en het instrumentele zoals frisse lucht, materiaal en voedsel voor mens en dier. De Bredase is een van de drijvende krachten achter Breda, Stad in een Park.
Ze vertelden dat er in de geschiedenis verschillend over natuur gedacht werd. Zo stelde Aristoteles dat deze ter beschikking staat van de mens. En ook de bijbel keek er zo naar. Tegenwoordig is er meer een eco-centrisch perspectief: alle levende wezens zijn met elkaar verbonden, als 1 groot netwerk. Het is van belang dat dat stabiel blijft. Een indringend filmpje maakte daarbij duidelijk – de natuur heeft de mens niet nodig, de mens de natuur wel.
Met een vraag daagden ze de aanwezigen uit: wanneer voelde jij je een onderdeel van de natuur?
Wil je het systeem veranderen, dan moeten we ons handelen veranderen. Daarvoor zijn er 3 gevoelens nodig: liefde, meer voelen dat we onderdeel zijn van, en erkennen dat we er een puinhoop van maken. Tijd voor actie! Uit het publiek kwam ook nog de vraag hoe zij naar klimaatontkenners kijken. Volgens Yvette zijn dat ongeveer 3 procent van de Nederlanders. Eigenlijk maar een klein aantal van het geheel. Daartegenover staat dat 70 procent laat weten bezorgd te zijn.
Vervolgens mochten de handen uit de mouwen. Merel van der Linden (ruimtelijk ontwerper) en Marnix van de Vijver (social designer) lieten zien hoe bomen met elkaar communiceren. Ondergronds zijn deze door een netwerk van schimmels met elkaar verbonden. Na een korte demonstratie mochten deelnemers met alginaat (een soort kit op basis van algen) zelf een boomwortel- of schimmelnetwerk creëren. Zij moesten een onbekende in het publiek als maatje kiezen.
De duo’s gingen enthousiast aan de slag. De alginaat werd zelf gemixt met een boormachine en soort van garde voor cement en daarna met een spuitzak op tafel gespoten. Er ontstonden dikke en dunne wortels en schimmels, spinnenwebachtige en vloeiende vormen.
Na het uitharden namen Merel en Marnix de resultaten mee naar de blackbox. In de donkere expositieruimte bleken de wortels een gezamenlijk, fraai glow in the dark netwerk te vormen.
Fotografie: PHOTED by Edwin Wiekens